JAN VAN DUIKEREN ’s JVD4 - SHORT STORIES Metropool Orkest Strings

Artiest info
Website
facebook

foto: Frank Hanswijk.

Met zijn kenmerkende geluid en energieke, lyrische aanpak behoort Jan van Duikeren (Schiedam, 1975) tot de selecte groep van internationaal erkende Nederlandse jazzartiesten. Quincy Jones noemde hem als een van de topspelers uit Nederland, hetgeen er mede toe heeft geleid dat inmiddels door zijn veelzijdigheid zijn succes als veelgevraagd solist en begeleider sterk is toegenomen. Hij was het zelf allang van plan, maar mede op aandringen van drummer John Engels is het er nu eindelijk van gekomen, een album met alleen maar ballads en dan ook nog begeleid door de strijkers van het Metropool Orkest. Jan wilde wel dat het hun eigen verhaal zou worden. De composities zijn op twee na geschreven door Jan, de andere twee zijn “Almost Blue” van Elvis Costello en “Here’s to life” van Artie Butler en Phyllis Molinary. Jan van Duikeren is qua geluid en spel eigenlijk min of meer de opvolger van Ack van Rooyen, zeker wat betreft zijn spel op de flugelhorn. JVD4 bestaat uit Jan van Duikeren op trompet en flugelhorn, Karel Boehlee op piano, Aram Lersbergen op contrabas en John Engels op drums.

Jan van Duikeren was ook slachtoffer van de corona ellende, optredens die niet doorgingen en vooral de ervaring dat in de Nederlandse politiek, althans bij de regering, de cultuur nauwelijks een rol speelt, zolang de VVD de grootste zal zijn, gaat de horizon niet verder dan dixieland. In het geval van Jan van Duikeren had het een gunstig bij-effect, hij had eindelijk tijd om te werken aan zijn (en Engels) wens om een album op te nemen met alleen ballads. Als luisteraars mogen wij blij zijn, niet met de oorzaak maar wel met het resultaat, een fraaie verzameling ballads en als surplus de begeleiding van de strijkers van het Metropool Orkest. Alle composities zijn geschreven door Jan met uitzondering van “Almost Blue” van Elvis Costello en “Here’s to Life” van Artie Butler en Phyllis Molinary.

De samenwerking tussen het jazzquartet en de strijksectie van het Metropool Orkest moet wel over en weer uiterst soepel verlopen zijn, want het resultaat klinkt subliem alsof ze al jarenlang samenspelen, klasse ! Het openingsnummer “Mum” nam Jan al eerder op, maar hier heeft hij het voorzien van een nieuw arrangement. Onmiddellijk valt zijn fluwelen toonvorming op, je mag het eigenlijk wel zijn handelsmerk noemen, wat dat betreft treedt hij zeker op de flugelhorn in de voetsporen van Ack van Rooyen. ”Mum” begint met een lang intro door de strijkers waarna Jan invalt op zo te horen de flugelhorn en worden we meegevoerd op een romantische muzikale reis, muziek om op weg te dromen. Het loopt naadloos over in “Young” met sfeerrijk pianospel van Karel Boehlee.

Tot de sterkste nummers op dit album behoort zeker “Hope (in memory of George Floyd)”, er is natuurlijk sprake van een politieke geladenheid die duidelijk tot uiting komt in de spanning die de muziek uitstraalt, bovendien is hier een gastrol voor Tineke Postma op altsax, ze wordt steeds beter, ik had haar graag op meer nummers gehoord, het geluid van het kwartet wordt er wezenlijk door versterkt. Een andere uitschieter is het fraaie “Almost Blue” van Elvis Costello met een verrassende zangpartij van Marcel Veenendaal zanger van Di-Rect, hij zingt het met een heel hoog stemgeluid en bijna fluisterend, heel goed. In “Beautiful Daybreak” gaat het tempo lichtjes omhoog hetgeen goed is voor de nodige afwisseling. Een fraai album dat het beste in gedeeltes kan worden beluisterd want teveel ballads na elkaar met strijkers is in mijn oren wat teveel van het goede.

Jan van Leersum.